Wednesday, March 19, 2008
ZT door Ruth, Renate, Inge en Fanny (15/03/08)
En toen ging de bal aan het rollen. Alle luchtmatrassen gingen lek. Alle honden begonnen te janken en te blaffen. ¶ Alle melk werd zuur en de soufflé zakte in. Ik zag plotseling iets bewegen. Het was tamelijk ondefinieerbaar wat ik daar zag. Het was een soort rups die daar uitkroop. Ik verstond niet wat hij zei. Uit zijn buik stak een vogeltje dat meteen haar vleugeltjes spreidde en wegvloog ¶ naar het land van My Little Pony, de oversekste paardenhoertjes met hun wulpse staartjes. ‘wie ben jij?’ vroeg een stem die nergens vandaan leek te komen. My Little Pony sloeg met haar staartje de fruitvliegjes van haar ¶ achterste. ‘Wie ben jij?’ klonk de stem nogmaals. My Little Pony glimlachte. De steentjes in zijn lange manen glitterden en glinsterden. My little pony schitterde. Hij glimlachte en toen weerklonk zijn guitige zoete stem. Ik ben ¶ Averoes. Ik behoor tot het ras van de Little Ponies, dat stamt uit het post-Barbie tijdperk. Je had ook nog andere fabeldieren die destijds furore maakten: de troelie woelie en de lolobal en de Monchichi. ¶ Maar ik, ik ben een raspaardje hoor. Heerlijk galopperen op de stevige rug van het beest. Helemaal in extase tot er allemaal sneeuwkristallen explodeerden. Een begin zonder einde aan te breien. Rechts over links. Links over ¶ rechts. Averechts. Regelmatig van patroon. Geen epileptische, impulsieve, spasmatische of sarcastische dissonanten. Pure harmonie en liefdevolle relaties tussen het individu en de wereld. How do you think it feels? Kom, dan fluiter ik het in je oor.
Subscribe to:
Post Comments (Atom)
No comments:
Post a Comment